Jeugdboekenmaand 2024: Sport en spel Interview Gazet van Antwerpen

“Geef je kind voorsprong door al kort na geboorte voor te lezen”:Jeugdboekenmaand en interview in Gazet van Antwerpen

Een interview over mijn leesbevorderingskant in Gazet van Antwerpen, bij de start van de Jeugdboekenmaand 2024. Dé fijnste maand van het jaar, dé maand waarin zoveel bibliotheken, scholen, organisaties en gezinnen samen genieten van boeken.
Ik deel het artikel graag:

Antwerpse leesbevorderaar Ilona bij start van Jeugboekenmaand: “Geef je kind voorsprong door al kort na geboorte voor te lezen”

Opeenvolgende onderzoeken wijzen het uit: de leesvaardigheid van de kinderen in Vlaanderen blijft dalen. Maar geen paniek, er zijn methodes om de neergang te kenteren. Bij het begin van de Jeugdboekenmaand vertelt professioneel leesbevorderaar Ilona Plichart dat we optimistisch mogen zijn.

Patrick Vincent – Zaterdag 2 maart 2024 om 15:30

“Het is positief dat er in het nieuws veel aandacht is voor het lezen”, zegt de Antwerpse Ilona Plichart. “Maar meestal gaan de nieuwsberichten over technische leesvaardigheid, minder over het leesplezier. Terwijl dat laatste de bron is, van het ene komt het andere.”

Plichart (43) is zelfstandig leesbevorderaar. Ze werkt voor scholen, bibliotheken en Iedereen Leest, de organisatie die het lezen promoot in Vlaanderen en onder andere de Jeugdboekenmaand, die vrijdag is begonnen, organiseert. Ze geeft het hele jaar door vormingen voor leerkrachten en bibliotheekmedewerkers en begeleidt leesgroepen, onder andere in de Kubus van bibliotheek Permeke.

Dat onze leerkrachten een belangrijke opdracht hebben bij het hervinden van het leesplezier bij de jeugd, daar komen we later op terug. Want Ilona Plichart wijst eerst en vooral op de invloed van de ouders. “Alles begint bij voorlezen”, zegt ze. “Hoe vroeger, hoe beter. Een baby van drie maanden kan al mee met zo’n boekje van dik karton of zacht plastic met grote afbeeldingen op. Die zuigt de geluiden die je erbij maakt al op. De interactie is cruciaal, het stimuleert de baby in zijn ontwikkeling. En dat blijft zo naarmate het kind ouder wordt. Het kind krijgt aandacht, leert voortdurend nieuwe woorden kennen. Je kan je kind een voorsprong geven door het van bij de geboorte al voor te lezen. En dat hoeft zelfs niet eens in het Nederlands te zijn. Doe het in de taal waarin je je het meest comfortabel voelt. Maar geef aandacht aan je kind. Wat je tegenwoordig vaak ziet zijn moeders die tijdens de borstvoeding op hun smartphone kijken. Bizar, net op het moment dat de fysieke connectie met het kind niet groter kan zijn, sluiten ze er zich emotioneel voor af.”

Schermen

Het is moeilijk om niet in een vroeger-was-het-eenvoudiger-verhaal te vervallen als het over lezen gaat. “Tijdens een lange autotrip met de kinderen zette je bijvoorbeeld een cassette of een cd met sprookjes of kindermuziek op. Nu zitten de kinderen op de achterbank elk op hun eigen scherm te kijken. En het is verbazend hoe snel ze al een scherm in hun handen geduwd krijgen. Je ziet het overal: in de trein, in de wachtkamer bij de dokter… Vorig jaar was ik in Rome met mijn gezin. We bezochten het Vaticaan en overal zag ik kinderen op schermen kijken, terwijl hun ouders de kunstwerken bewonderden. De interactie is totaal veranderd. En dat merk je dus ook aan de cijfers.”

“Wat je tegenwoordig vaak ziet zijn moeders die tijdens de borstvoeding op hun smartphone kijken. Bizar, net op het moment dat de fysieke connectie met het kind niet groter kan zijn, sluiten ze er zich emotioneel voor af”

Ilona Plichart

Zelfstandig leesbevorderaar

Voorlezen dus. Op school uiteraard in het Nederlands. “En dat voorlezen mag lang duren”, zegt Plichart in de bibliotheek Arena in Deurne. “Tot in het middelbaar onderwijs en liefst ook het hele schooljaar door, niet alleen tijdens de Voorleesweek of de Jeugdboekenmaand.”

Kiemen zaaien

Zelf geeft ze vormingen over Samen Lezen. “Je neemt een tekst, aangepast aan je doelpubliek, en je praat erover. Wat vind je mooi? Wat herken je bij jezelf? Wat betekent het voor jou? Zo maak je verbinding tussen de deelnemers, leg je linken. Het mooie is dat je het kunt doen met lagere schoolkinderen, maar ook met tieners en nieuwkomers in het OKAN-onderwijs. Er zijn zelfs groepen in woonzorgcentra. Je kunt geen foute antwoorden geven. Er is niet één waarheid. Iedereen ziet andere dingen in een tekst. We nemen bijvoorbeeld een gedicht. ‘O nee, poëzie is veel te moeilijk voor mij’, hoor ik dan al snel. ‘Ik begrijp er niks van.’ Maar als je gerichte vragen stelt, zal je zien hoe snel je tot een boeiend gesprek komt over die tekst. En dikwijls krijg je ook de kinderen die zichzelf te cool of te stoer vinden voor een gedicht of een boek, of kinderen die nooit in aanraking komen met een boek, mee in de discussie. Je zaait de kiemen en je ziet dat er veel vaker een boek zullen vastpakken of uit eigen beweging naar de bib gaan. Misschien zullen ze niet allemaal supervlotte lezers worden. Maar we moeten daar wel ons best voor blijven doen. Want het is nodig. Als zelfs wij het soms al moeilijk hebben om een brief van de overheid of de mutualiteit te ontcijferen, wat moet dat dan zijn voor iemand met weinig leesvaardigheid.”

Plichart vertelt over het interactief voorlezen, waarin je bewust nieuwe woorden in de tekst stopt, die de kinderen moeten leren kennen. Over hoe belangrijk het vrij lezen in de klas is. “Een kwartiertje is vaak genoeg. Als de leerkracht maar het goede voorbeeld geeft en zelf ook leest en ondertussen geen huistaken verbetert of op een gsm tokkelt.”

Dit jaar is Sport en Spel het thema van de Jeugdboekenweek, want lezen dat is sporten in je hoofd.

Dit jaar is Sport en Spel het thema van de Jeugdboekenweek, want lezen dat is sporten in je hoofd. — © Jeroen Hanselaer

Ze vertelt over de Leesjury, waarvoor kinderen per leeftijdscategorie zes boeken lezen en erover praten en een winnaar nomineren. “Veel scholen en bibliotheken in Vlaanderen doen daar aan mee, met heel goede resultaten. Ook een auteur op school uitnodigen is een grote stimulans voor het leesgedrag, weten we ondertussen.”

En voor oudere kinderen mag best wat meer aandacht komen voor boeken van nu, vindt Plichart. “Mijn oudste is 15 en moest voor school Vallen van Anne Provoost lezen. Dat is een mooi boek, een klassieker, maar wel een van mijn generatie. Ondertussen is het al dertig jaar oud. Kunnen we de kinderen niet méér stimuleren met verhalen van nu, van hun eigen leefwereld?”

Boeken- in plaats van filmavond

Te vaak is het leesbeleid op school een luxe, ondervindt Ilona Plichart. “Ik hoor vaak het excuus: ‘We hebben te veel werk.’ Maar organiseer eens een boekenavond in plaats van een filmavond. En als ik even stout mag zijn: leerkrachten en directies steken uren en uren werk in schoolfeesten. Organiseer eens een feest minder en besteed die tijd aan lezen. Laat de schoolbib niet het project zijn van enkele geëngageerde leraars. Maak er iets permanent van. Want als zo’n leerkracht vertrekt, valt alles weer stil. Beter nog is een boekenkast in elke klas. En vooral: leg de lat hoog genoeg!”

Je hoort tegenwoordig steeds meer dat veel leerkrachten zelf geen lezers zijn, nooit een boek vastpakken. Hoe kun je dan het leesplezier overbrengen? Dat is als een zwemleraar die zich niet graag nat maakt. Ilona Plichart kan nog een klein beetje begrip voor hen opbrengen. “Zeker in de lagere school moet je een allrounder zijn: taal, rekenen, lichamelijke opvoeding, noem maar op… Je kunt niet in alles even goed zijn of in alles gepassioneerd. Maar je moet toch op zijn minst je interesse tonen en regelmatig de gelegenheid nemen om je bij te scholen.”

De Jeugdboekenmaand met dit jaar als thema Sport en Spel komt dit weekend in heel Vlaanderen op kruissnelheid. Op Kabaal, het grote openingsfeest in Bibliotheek Permeke, komen auteurs als Liesbet Slegers, Tom Schamp en meter Mathilda Masters voorlezen, net zoals sportlui als Antwerp Giant Jean-Marc Mwema, wielrenner Jan Bakelants en Youssef Challouki (Kamp Waes).

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *